Onderzoek van de Anne Frank Stichting werpt nieuw licht op de arrestatie van Anne en zeven andere onderduikers in het Achterhuis in Amsterdam. Mogelijk heeft fraude met voedselbonnen of illegale arbeid een rol gespeeld bij de inval.
Tot nu toe werd aangenomen dat de Sicherheitsdienst op 4 augustus 1944 gericht op zoek was naar Joodse onderduikers in het Achterhuis, omdat verraders het adres Prinsengracht 263 hadden doorgegeven. De theorie dat Anne Frank en de zeven andere onderduikers zijn verraden, is ondanks tientallen jaren van onderzoek nooit bewezen. Er circuleerden diverse namen van mogelijke verraders, maar de argumenten waarom zij erbij betrokken waren, bleken niet steekhoudend.
De Anne Frank Stichting heeft een nieuwe invalshoek bekeken en aanwijzingen gevonden dat de agenten die die ochtend verschenen mogelijk naar het pand kwamen omdat daar sprake was van illegale arbeid en bonnenhandel. Bij hun onderzoek zijn ze mogelijk bij toeval op de onderduikers gestuit.
In februari 1945, een halfjaar na de inval en maar kort voor het einde van de Tweede Wereldoorlog, overleed Anne Frank – toen vijftien jaar oud – in het concentratiekamp Bergen-Belsen. Het dagboek dat ze in haar onderduiktijd had geschreven, werd later een wereldwijde bestseller.
door onze verslaggever jan de vries
bron: de telegraaf, NOS en elsevier